Doorgaan naar inhoud
Deelsessies

 

Deelsessies waaruit u kunt kiezen

 

1) Verbetert je onderwijs door meten en weten?
 
Deze deelsessie gaat over de instrumenten die scholen gebruiken en wat er met de resultaten wordt gedaan. Leveren de metingen en resultaten een werkelijke verbetering op van het onderwijs? Daarna geven we een beschrijving van de Klimaatschaal, de SIGA (signaleringslijst voor probleemgedrag) en Sproetje en de mogelijkheden om hiermee te reflecteren op je leerkrachtgedrag, op het pedagogisch klimaat in je klas en als signalering van probleemgedrag in je klas. Dit zijn mogelijkheden om niet alleen te meten, te weten, maar om het onderwijs in je klas te verbeteren. Welke hulpmiddelen heb je als leerkracht, IB-er, ondersteuningscoördinator of als orthopedagoog op je school als je geconfronteerd wordt met een moeilijke klas? We gaan tenslotte in op de praktijkervaringen in het werken met deze instrumenten, de feedbackrapportages, handelingswijzers, leerlingbespreking en groepsplannen.
 
Door: Ad Donkers & Lieke Donkers
 

2) Student in beeld: een artistiek actie-onderzoek

Wie is de student van nu en hoe vormt dat ons onderwijs en het docentschap? Deze vragen stellen mbo’s zichzelf vanuit de zorg om studentenwelzijn en de wens ons onderwijs pedagogisch te versterken. In het artistiek actie-onderzoek van Onderwijs124 en mbo-instellingen willen we studenten zichtbaar maken (studentportretten), hun behoeften vastpakken (kenniskaarten uit literatuur) en onderwijspraktijken verbeteren (nieuwe interactievormen ontwerpen). Benieuwd naar onze eerste resultaten bij Rijn IJssel, ROC Friese Poort en andere mbo-scholen? Kom langs en doe mee!

Door: Pieter Baay

3) Het meten van vaardigheden: onbegonnen werk?

De laatste jaren is er in het onderwijs steeds meer aandacht voor het aanbrengen van algemene vaardigheden. Er is flink wat variatie in de wijze waarop wetenschappers dit begrip hanteren. Denk aan benamingen als ‘21ste-eeuwse vaardigheden’, ‘skills’, ‘competenties’ en specifieke uitwerkingen daarvan als burgerschapscompetenties, digitale geletterdheid, probleemoplossend handelen, creativiteit, etcetera. Ondanks het gebrek aan eenduidigheid is er wel veel overeenstemming over het belang van het verwerven van algemene vaardigheden. Scholen zouden er meer aandacht aan moeten besteden. Maar is het wel mogelijk om de ontwikkeling van dergelijke vaardigheden bij leerlingen en studenten in kaart te brengen? Zo nee, waarom niet? En zo ja, hoe dan? Deze deelsessie geeft een onderbouwd antwoord op deze vragen aan de hand van een aantal aansprekende voorbeelden.
 

Door: Cor Sluijter

4) De betekenis van meten

Jouw school bereidt leerlingen en studenten voor op de arbeidsmarkt. Juist voor hen is het zo belangrijk dat zij hun kwaliteiten herkennen en inzetten. De mbo-kwalificatiestructuur biedt hierbij een goed kader. Een relevante vraag in dit verband: op welke manier wordt gemeten bij het aanleren van beroepsvaardigheden en werknemersvaardigheden. Is dit vooral een kwestie van praktijkervaring en ‘fingerspitzengefühl’? Wordt ook gebruik gemaakt van feedback- en evaluatie-methodieken, denk aan formatieve toetsing?
We leven in een datagedreven tijd. Tegelijkertijd weten we allemaal dat leerlingen sterk variëren in talent, persoonlijkheid en leermotivatie. En dat de eerste stap die de leerling zet na het behalen van het diploma bepalend is voor de versie kansen en ontwikkeling. Wat betekent dat voor de dimensies van waaruit we beoordelen? Wat zijn leidende principes hierbij? In deze interactieve bijeenkomst gaan we in gesprek over het beoordelen van leerlingen en het meetbaar maken van kennis, houding en vaardigheden. We delen ervaringen en werkwijzen en bespreken de dilemma’s die zich voor kunnen doen.
 

Door: Tom Koot & Mandy Ankersmit

5) Van data naar arrangementen

Je wilt in de klas of met jouw school een mooi resultaat neerzetten en uit alle leerlingen het optimale halen. Niet alleen op het gebied van taal en rekenen, maar bijvoorbeeld ook op gedragsmatig gebied. Alle domeinen zijn belangrijk, al kun je daar natuurlijk je eigen accenten in leggen. Hoe haal je het maximale uit de leerlingen? En hoe borg je dit? Het is een misvatting te denken dat opbrengstgericht werken alleen om een vuist vol cijfers gaat. Alles begint met het hebben van hoge verwachtingen van de leerlingen en het formuleren van ambities op schoolniveau. Deze vormen de basis voor het onderwijsaanbod en voor drie arrangementen die docenten zelf vormgeven. Tijdens de lezing wordt dieper ingezoomd om vanuit data te komen tot het bepalen van doelen en het maken van verschillende arrangementen in de school/klas.

Door: Karin Snoodijk & Dirk Verhulst

6) De waarde en risico’s van het Landelijk Doelgroepenmodel

Het Landelijk Doelgroepenmodel (LDGM) is een model dat kan helpen bij het opstellen van ondersteuningsbehoeften van leerlingen en vaststellen van een ontwikkelingsperspectief. Het model tracht op een praktische en overzichtelijke wijze niveaus en behoeften in kaart te brengen, met als doel de leerlingen goed toe te leiden naar een passende uitstroombestemming. Het idee van de ontwikkelaars is dat IQ op zichzelf voor veel leerlingen niet voldoende voorspellende waarde heeft en dat het ‘breder in kaart brengen’ van leerlingen nodig is om een passend uitstroomperspectief te kunnen bepalen. Bovendien kan een school heel doelgericht haar aanbod en aanpak afstemmen op de leerlingkenmerken en uitstroombestemming.  In deze sessie wordt de achtergrond en bedoeling van het LDGM toegelicht. Ook wordt geschetst wat de gewenste gevolgen zijn t.a.v. het ontwikkelen van doelgericht onderwijs met behulp van het opp/ LDGM. Gezamenlijk wordt geanalyseerd wat mogelijke risico’s en voordelen kunnen zijn voor het vso, pro en mbo.
 
Door: Ate de Boer